Vanaf 1 juli kunnen huizenkopers minder lenen wanneer zij een woning gaan kopen. De leennormen worden namelijk aangepast en worden na 1 juli strenger.
Jaarlijks bepaald het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) welk hypotheekbedrag huishoudens maximaal mogen lenen zonder in financiële problemen te komen. De financieringslastpercentages geven aan welk percentage van het inkomen er maximaal aan hypotheeklasten uitgegeven mag worden. Hypotheekverstrekker moeten verplicht met deze percentages werken.
Deze leennormen staan los van de zogenoemde loan-to-value die voor elk inkomen gelijk is. Sinds een aantal jaren is de overheid bezig het verlagen van de loan-to-value. Dit is de verhouding tussen de hoogte van de lening en de waarde van het huis. Momenteel is het nog mogelijk om een hypotheek af te sluiten tot 103 procent van de waarde van de woning.
Lage hypotheekrente maar toch minder lenen? Bij een lage rentestand kunnen woningkopers in principe meer lenen. Over de hypotheek hoeft namelijk minder rente betaald te worden over het totaalbedrag. Maar daartegenover staat dat de huizenkoper minder hypotheekrenteaftrek kunnen krijgen via de belastingdienst omdat het rentebedrag lager is. Daarom worden ondanks de lage rentes de leencapaciteit toch ingeperkt
Hoeveel minder lenen? Met een inkomen tot 28.000 euro, kan je dit jaar zo'n 3 tot 6,5 procent minden lenen dan in 2014. Bij een inkomen boven de 28.000 euro verschilt het tussen de 0,5 en 3 procent. Vanaf 1 juli gaat het maximale hypotheekbedrag met rentes onder de 3,5 procent verder omlaag. Waarschijnlijk kan er dan 5 procent minder geleend worden.